{ * Google recaptcha v3 *} { * devMode *}
De regering heeft besloten dat na de voorjaarsvakantie de middelbare scholen weer deels open gaan. Dit stelt de scholen voor grote praktische uitdagingen. Sommige bestuurders worden geconfronteerd met zo veel bezwaren dat het aantrekkelijk lijkt om de school gesloten te houden en op afstand onderwijs te blijven verzorgen. Dit roept de vraag op: mag je als middelbare school zelfstandig besluiten om af te wijken van deze landelijke opening?
Door Joost Karels
Nu de scholen voor voortgezet onderwijs weer open gaan, wordt het uitgangspunt dat fysiek onderwijs op school moet worden aangeboden. Wekelijks moet elke leerling ten minste één dag naar school. De Leerplichtwet vereist als norm ‘geregeld schoolbezoek’ van de leerlingen. De wet kent geen aanknopingspunten om afstandsonderwijs als volwaardige vervanger van onderwijs op school te zien. Er zijn voor de komende heropening allerlei aanvullende richtlijnen vastgelegd in een Servicedocument om de heropening zo veilig mogelijk te laten verlopen.
Klacht over niet aanbieden onderwijs
De heropening van een school (PO) in mei 2020 was destijds aanleiding voor het indienen van een klacht door een ouder tegen de school van zijn kind. De opdracht van de verantwoordelijke ministers was toen om de kinderen voor ten minste 50% van de normale tijd onderwijs aan te bieden. De betreffende school koos er echter voor om geen vijf dagen maar vier dagen open te gaan. De klacht van de ouder richtte zich tegen die beslissing. Op 30 november 2020 is door de Landelijke Klachtencommissie Onderwijs uitspraak gedaan in deze kwestie (nr. 109279). Een relevante overweging van de Commissie luidt als volgt:
“De Commissie concludeert dat de school in de eerste twee weken na de meivakantie minder dan 50% onderwijs op de school heeft aangeboden. Het is de Commissie niet gebleken dat er voor de school sprake was van zodanig zwaarwegende redenen dat deze billijkten om op de door de school gekozen wijze uitvoering te geven aan de richtlijn. De Commissie oordeelt de klacht op dit punt dan ook gegrond.”
Effectief ging het in deze kwestie over twee niet genoten onderwijsdagen. Het belang lijkt daarmee niet groot. Niettemin heeft de commissie geoordeeld dat zelfs een dergelijke afwijking van de richtlijn klachtwaardig kan zijn. De conclusie lijkt gerechtvaardigd dat zonder deugdelijke onderbouwing elke gemiste onderwijsdag op school er één te veel is.
Zwaarwegende redenen
Om af te wijken van de verplichting om open te gaan, moet er dus sprake zijn van zwaarwegende redenen die rechtvaardigen dat er op een door de school zelf gekozen manier uitvoering wordt gegeven aan de richtlijn. De Onderwijsinspectie heeft inmiddels al laten weten wat zwaarwegende redenen zijn. Een GGD-advies kan reden zijn om de school te sluiten of gesloten te houden. Ook de situatie dat te veel collega’s noodzakelijk thuis zitten kan een zwaarwegende reden zijn. Dat scholen nu onverwacht allerlei extra maatregelen moeten treffen, is op zichzelf geen reden om niet open te gaan.
Zorgplicht
Het is begrijpelijk dat er bij scholen zorgen bestaan met betrekking tot de gezondheid van personeel en leerlingen vanwege Covid19. Een school heeft een zorgplicht, zowel richting personeel als richting leerlingen. Een school kan zich bij het afwijken van de landelijke richtlijnen echter niet zonder meer beroepen op deze zorgplicht. De overheid heeft in diens belangenafweging immers ook rekening gehouden met de zorgplicht van de scholen. Om af te wijken van de lijn van de overheid moeten er specifieke omstandigheden worden aangedragen die een (gedeeltelijke) sluiting rechtvaardigen.
Meldpunt en contact Onderwijsinspectie
Er is door het Ministerie van Onderwijs een meldpunt ingericht bij de Inspectie voor Onderwijs. Scholen die hun deuren gesloten houden, dienen zich daar te melden. Dit meldpunt is ervoor bedoeld om schoolsluitingen te monitoren. Ook moet er een melding worden gedaan bij de leerplichtambtenaar van de betreffende gemeente.
Normaliter doorloopt de Inspectie voor het Onderwijs een traject met een school waarvan zij vindt dat die zich onterecht niet aan de regels houdt. Er volgen dan onderzoeken en gesprekken en de school wordt in de gelegenheid gesteld om zich te conformeren aan de regels. In een uiterst geval volgt er een bekostigingssanctie. Als de Onderwijsinspectie in de huidige context het niet eens is met een schoolsluiting zal er vooralsnog eerst een gesprek volgen.
Weinig voorbereiding
Bij de recente heropening van de basisscholen in februari 2021 was er een schoolbestuur dat aanvankelijk niet wilde voldoen aan de verplichting om open te gaan. Een gesprek met de Inspectie bracht hen uiteindelijk op andere gedachten. Op de valreep voegde de school zich toch naar de lijn van de regering en ging open, met wel als consequentie dat een groot deel van de toch al korte voorbereidingstijd was verstreken.