{ * Google recaptcha v3 *} { * devMode *}

Aangifte jegens onderwijsinstelling wegens discriminatie

Op zaterdag 17 september 2021 publiceerde het NRC een nieuwsartikel (1) waaruit bleek dat de Inspectie van het Onderwijs aangifte had gedaan jegens een onderwijsinstelling wegens discriminatie van homoseksuele leerlingen. Dit naar aanleiding van een specifiek onderzoek dat de Inspectie van het Onderwijs had verricht binnen de onderwijsinstelling nadat zij een signaal uit de media (2) had ontvangen over de sociale veiligheid van leerlingen.

Het signaal uit de media betrof een situatie die zich in 2016 had voorgedaan en waarbij een drietal leerlingen door de op de school werkzame zorgcoördinator werden gevraagd of zij zelf aan hun ouders zouden gaan vertellen dat zij op meisjes vielen of dat de school dat voor hen zou gaan doen. Bij twee van deze leerlingen had de zorgcoordinator ervoor gezorgd dat zij het lokaal niet konden verlaten door de deur op slot te doen. Vervolgens werd door de school aan de ouders verteld dat hun dochters op meisjes vielen. In een beleidsnotitie van de school stond:

wanneer een leerling binnen de school blijk geeft van een homoseksuele relatie met een andere leerling, zullen we in overleg treden met zijn/haar ouders/verzorgers.”

In 2019 had een van deze leerlingen, die op dat moment geen leerling meer was van de school, de schoolinstelling aansprakelijk gesteld, hetgeen uitmondde in een vaststellingsovereenkomst waarbij de schoolinstelling uit coulance een bedrag van € 2.500,00 had betaald aan de voormalig leerlinge.

De onderwijsinstelling trachtte publicatie van het inspectierapport betreffende het onderzoek tegen te houden middels een kort geding bij de rechtbank Den Haag omdat het van mening was dat passages in het rapport onrechtmatig waren. De rechtbank wees de vorderingen echter af. Dit betekende dat de Inspectie van het Onderwijs het betreffende rapport openbaar mocht maken. (3) Uit het rapport blijkt dat de Inspectie van het Onderwijs van oordeel is dat het bestuur en de schoolleiding onvoldoende oog hadden voor het welbevinden en de veiligheid van leerlingen die niet de op en rond de school breed gedeelde opvattingen hadden en hier ook geen beleid voor hadden opgesteld. De zienswijze van de onderwijsinstelling is opgenomen als bijlage bij het inspectierapport. Daaruit blijkt dat de hiervoor genoemde beleidsnotitie over hoe te handelen bij leerlingen met homoseksuele relaties al een tijd niet meer werd gebruikt binnen haar scholen en dat er de afgelopen jaren activiteiten waren ontplooid om de veiligheid van lhbti-leerlingen te waarborgen.

Volgens het NRC heeft de Inspectie van het Onderwijs aangifte gedaan, omdat de onderwijsinstelling homoseksuele leerlingen niet hetzelfde zou behandelen als heteroseksuele leerlingen. Aangezien het schoolbestuur heeft aangegeven dat haar beleid inmiddels is gewijzigd en zij activiteiten ontplooit voor de veiligheid van lhbti-leerlingen, is het opmerkelijk dat de Inspectie van het Onderwijs aangifte heeft gedaan.

Voorts heeft de Inspectie van het Onderwijs in het rapport geoordeeld dat de schadevergoeding van € 2.500,00 aan de voormalig leerling onrechtmatig is besteed, omdat de besteding niet in lijn zou zijn geweest met artikel 99 van de Wet op het voortgezet onderwijs. De bestedingsvrijheid van het schoolbestuur op grond van dit artikel wordt -aldus de Inspectie- beperkt tot kosten die verband houden met de school. Het incident waarbij een leerling de doorgang werd belemmerd heeft geen relatie tot een bekostigde activiteit die verband houdt met de school, of het onderwijs dat op de school wordt gegeven aldus de Inspectie. Naar onze mening een discutabele uitspraak. De Inspectie kan tot het oordeel komen dat de school in de gegeven situatie niet juist gehandeld heeft, maar daarmee is naar onze mening nog altijd sprake van een situatie binnen de school en die plaatsvindt binnen het onderwijs. Vraag is dan ook als deze opvatting breed gedragen zou worden door de Inspectie wat dit betekent voor toekomstige schikkingen door scholen in situaties waarin de school aansprakelijk wordt gesteld.

Heeft u nog vragen over rapporten van de Inspectie van het Onderwijs? Schroom dan niet om contact met ons op te nemen via info@onderwijskantoor.nl dan wel via 045 - 560 22 11.

(2) “School duwt kinderen ongevraagd uit de kast”, NRC, 27 maart 2021.

(3) Rechtbank Den Haag d.d. 7 september 2021, ECLI:NL:RBDHA:2021:9833.